Tip!
Zet voor de beste ervaring je geluid aan!
De drie onderduikadressen op de kaart
‘’Jullie zijn Gods volk, dus we moeten jullie helpen’’, heeft het pasgetrouwde stel gezegd toen jullie voor het eerst aankwamen in Surhuizumer Mieden. Het is een mooi, groot huis, omringd door weilanden in een oase van rust. Je bent blij met alle ruimte, nu kunnen jullie vrij door het huis bewegen. Maar buiten komen mag echt niet. Je kan de draai voor je oren nog voelen, die moeder gaf toen je een keer in de tuin gezeten had. Dat doe je niet weer. Jullie mogen door het hele huis komen, maar niet wanneer het stel visite heeft. Dan moet je de hele dag doodstil op zolder zitten, met een flinterdunne vloer onder jullie voeten. Als je dan moet plassen, moet dat zachtjes tegen de rand van de po*, anders kunnen ze dat beneden horen. Dat zijn de saaiste en zwaarste dagen.
​
Het zonnetje schijnt zachtjes door de lichte gordijnen de huiskamer in en je zit naast je broer op de grote bank. Terwijl moeder wat kleding aan het opvouwen is, wordt de prettige rust abrupt verstoord door een hard geklop op de voordeur. ‘’Aufmachen!’’, brult een zware mannenstem van achter de deur. Je adem stokt in je keel en in een reflex wil je op de grond duiken, onder de ramen.
​
Het stel waar jullie bij verblijven is vanmorgen naar de kerk vertrokken en jullie zijn alleen thuis. Dat is eigenlijk nooit misgegaan. Je voelt je hart tekeergaan: ‘’Dit is het einde’’, blijf je in je hoofd herhalen. Je ziet je broer in de hoek van de kamer ineengedoken, met een lijkbleek gezicht. Even staan jullie alle drie verstijfd in de woonkamer. Er wordt nog een keer gebonsd op de deur. Moeder maakt handbewegingen waaruit je kunt opmaken dat jij en je broer de deur open moeten doen. Je bereidt je voor op het ergste.
​
Je ademt nog één keer diep in als je broer de hendel van de voordeur naar beneden duwt. Twee grote, Duitse soldaten vullen het deurgat en je begint zenuwachtig te stotteren. Een van de mannen steekt zijn hand omhoog en verlegen stop je met praten. Je Duits is niet van het hoogste niveau, maar je kunt uit zijn verhaal opmaken dat ze eieren nodig hebben. Je ziet je broer enigszins verbaasd naar de Duitser kijken. In jullie beste Duits leggen jullie uit dat er niemand thuis is, waarna de Duitsers hun schouders ophalen en vertrekken. Snel trekken jullie de deur dicht en vluchten de woonkamer in. De adrenaline giert door je lijf. Je kunt niet geloven dat dit goed is gegaan…
​
Op een dag komt de vrouw des huizes onrustig thuis. ‘’Jullie moeten nu weg, dit gaat niet goed’’, zegt ze met angst in haar ogen. Inmiddels heeft je oom zich bij jullie aangesloten en begint het op te vallen in het dorp dat de familie zoveel voedsel nodig heeft. ’s Avonds worden jullie opgehaald door een bakker uit de buurt, een tussenadres voor tien dagen. Vanuit daar vertrekken jullie naar het allerlaatste onderduikadres in Zevenhuizen onder Kollum.
WAT WAS...
Een Po?
Een po was een soort schaal, vaak van steen of metaal, die vroeger gebruikt werd om in te plassen. Tijdens René's onderduik, moest hij van de po gebruikmaken wanneer ze zich moesten verstoppen op zolder.