Tip!
Zet voor de beste ervaring je geluid aan!
Om te bewijzen dat ook jij hebt ondergedoken, krijg je na de oorlog een onderduikkaart.
Je helpt niet alleen onderduikers van het ene naar het andere adres te verplaatsen, je moet zelf ook regelmatig onderduiken. Je hebt inmiddels al jaren niet meer langer dan één nacht thuis geslapen en je moeder weet nu al een paar maanden niet waar je bent. Soms voel je je schuldig, omdat je weet hoe angstig moeder wordt door de oorlog. Maar je weet ook dat je een belangrijke taak hebt. Net als iedereen in het dorp doe je iets om de Duitsers tegen te werken, dat was vanzelfsprekend. Gelukkig kan je moeder ook helpen, door af en toe één of twee extra bonkaarten achter te laten wanneer je langskomt.
​
​
Vandaag moet je onderduikers verplaatsen van het ene adres naar het andere. Het is dan wel oorlog, maar mensen houden zo hun voorkeuren. En dat verloopt niet altijd gladjes. Soms krijgen onderduikers ruzie met de bewoners en moet jij daarheen hollen om hen naar een ander adres te brengen. Net als vandaag. Terwijl je uitkijkt voor Duitse soldaten en de onderduiker door het dorp manoeuvreert, overvalt je een gevoel van trots.
​
Nu zit de dag erop en is het tijd om naar een nieuw onderduikadres te gaan. Gisteren sliep je nog op de zolder van een school in Hoogkerk met meerdere onderduikers. De schoolmeester met de gigantische lange baard ontving je met een grote glimlach. ‘’Ben je d’r weer’’, had hij grijnzend geroepen. Als jij een voorkeur kon doorgeven, zou je graag altijd bij deze aardige man onderduiken. Samen hadden jullie de grootste lol en verveelden jullie je nooit. En bovendien hoefde je bij hem niet op een boerderij aan het werk, waar je niet zo dol op was. Helaas kun je niet voor altijd bij hem blijven. Vandaag blijf je eten en slapen bij een kennis van de schoolmeester. Schone kleren of een tandenborstel heb je nooit bij je, je hebt geen tijd om daar over na te denken. En waar je morgen slaapt? Dat zie je dan wel weer.
​
Een bekende onderduikplaats is de boerenschuur in Wildervank, achter het huis van je ouders. Soms helpt vader de boer mee, door jullie ‘wekker’ te zijn. Horloges of klokken hebben jullie niet, dus gooit vader stenen tegen het dak om ervoor te zorgen dat jullie op tijd opstaan.
​