Tip!
Zet voor de beste ervaring je geluid aan!
Bonkaarten
De koude regen prikt op je handen, maar je fietst ijverig door. Je hebt nou eenmaal een doel, een plek waar je moet zijn vandaag. Je lange, lichte regenjas wappert tegen de overvolle fietstassen met illegale bonkaarten aan. In Zuidhorn hoor je ineens iemand roepen: ‘’Meneer, meneer, wacht even!’’ Je remt abrupt en kijkt om je heen. Je hoort het klikken van schoenen tegen de natte tegels en ziet verderop een groepje kinderen naar je toe sprinten. ‘’Meneer, u kunt hier niet verder gaan, er zijn allemaal Duitsers in het dorp!” Ze hebben gelijk. Die ochtend is er in Zuidhorn een politieluitenant, een NSB’er, doodgeschoten door de illegaliteit. Inmiddels krioelt het dorp van de Duitsers.
​
Naast bonkaarten moet je ook illegale kranten als Trouw en De Vliegende Hollander verspreiden
Het groepje kinderen bekijkt je met grote ogen van top tot teen. Je begrijpt nog niet dat je het signalement hebt van een verzetsstrijder: de lange, lichte regenjas. Dat is niet handig, omdat de Duitsers uitgerekend nu op zoek zijn naar verzetsstrijders die iets met de liquidatie te maken hebben. Terwijl je de kinderen bedankt en ze vrolijk verder huppelen, ga jij over tot actie.
​
Je hebt genoeg training gehad om te weten wat je moet doen: je moet bezig lijken en zeker niet als een zoutzak stilstaan toekijken hoe de Duitsers je tegemoet komen. Je trekt je fiets snel een greppel in, naast het pad en je laat de banden leeglopen. Je buigt je over je fiets zodat je gezicht verborgen blijft en pompt ijverig je banden weer op. Achter je hoor je het gebrul van een Duitse motor steeds dichterbij komen, totdat het vlak bij je stopt. Je voelt je hart bonzen en de adrenaline door je lijf gieren, maar je stopt niet met pompen en kijkt ook niet om.
​
Er schiet een gedachte door je hoofd: ‘’Nu gaat het mis.’’ Maar je laat je niet afleiden. Je spitst je oren om te horen wat ze zeggen. Zonder iets te zeggen stappen de Duitsers op en rijden verder. Je kijkt voorzichtig omhoog om te kunnen zien dat ze het dorp in verdwijnen. Een beetje verbaasd en opgelucht verschijnt er een glimlach op je gezicht. Hoe dit goed is gegaan kun je niet begrijpen, maar tijd om na te denken is er niet en je gaat snel door. Die bonkaarten komen morgen weer. Je moet nu eerst een veilig onderduikadres hebben.
​
​
​
Dat was op het nippertje. Tijd om weer onder te duiken. Al de hele oorlog ben je op talloze adressen geweest. In Wildervank, Hoogkerk en Zuidhorn. Overal ben je welkom om te blijven eten of slapen. Er worden vaak huiszoekingen gedaan door Duitsers, dus je kunt nooit lang op dezelfde plek blijven. Ook deze keer heeft dit je weer gered van gevangenschap. Later kom je terecht in een boerenschuur achter het huis van je ouders.